In de nacht van vrijdag 22 oktober op zaterdag overleed oud-wethouder Roel Walraven aan een hartinfarct. De prominente CPN-politicus is 91 jaar geworden. Vrijdag nog werd zijn portret in het door hem mede opgezette Verzetsmuseum onthuld.
Net na de Tweede Wereldoorlog schreef de in 1930 in de Indische buurt geboren Walraven zich in bij de AVJ, een aan de Communistische Partij Nederland (CPN) gelieerde jeugdbeweging. Een voor de hand liggende keuze. De Walravens waren van huis uit activistisch. In de oorlog waren zijn ouders actief in het communistisch verzet.
Als voorzitter van de jeugdbeweging kwam hij in 1966 als lijstduwer op de kieslijst van de CPN voor de Amsterdams gemeenteraad. Althans dat had hij in gedachten.
Tot hij huiskrant De Waarheid opensloeg, zijn naam op plek zes terugvond en prompt verkozen werd. Dat jaar trad de als machinebankwerker opgeleide Walraven ook toe tot het dagelijks bestuur van de landelijke CPN.
In 1982 werd Walraven als CPN-wethouder onder meer verantwoordelijk voor sport en personeelszaken. In die functie maakte hij zich hard voor een gemeentelijk voorkeursbeleid om vrouwen en immigranten aan te nemen. Daarnaast stond hij als ‘coördinerend wethouder’ – met succes – pal voor de komst van de Olympische Spelen naar Amsterdam, waartegen in de stad breed verzet ontstond, onder meer vanuit zijn eigen kring.
In 1986 verliet hij de actieve politiek. Maar hij liet nog geregeld van zich horen. Zo was hij in 2016 betrokken bij een actie van krakers en huuractivisten in de Borgerstraat in Oud-West. Woningbouwcorporatie Stadgenoot had er een voor bejaarden beschikte benedenwoning in de verkoop gezet. Hij vond het onverteerbaar dat Stadgenoot dit deed in een tijd dat de huizen zo hard nodig zijn in de stad. Volgens zijn zoon Harm stond zijn vader ‘tot de dag van zijn dood’ pal voor de strijd tegen het grootkapitaal. Fenna Ulichki, stadsdeelvoorzitter West, herinnert hem als ‘een mooie lieve man’. “Altijd strijdbaar, inspirerend en gastvrij.”
