We hebben weer een winnaar aan de Sloterplas: Hotel Buiten. Patricia slurpte er oesters weg en nog veel meer.
“Wat kan ik voor jullie betekenen”, vraagt de jongen bij onze tafel terwijl hij in zijn handen wrijft. Hij heeft er duidelijk zin in. Nou, wij ook. We keken er al maanden naar uit om bij Hotel Buiten te eten. Dit restaurant aan de TH.J. Lammerslaan – geen hotel, dus – is opgetrokken uit twee zeecontainers en bestaat uit twee verdiepingen. Het is in elkaar gezet door vrijwilligers en gefinancierd met een crowdfundingsactie door buurtbewoners. De officiële opening is op 22 oktober, maar zoals De Westkrant eerder schreef kun je er al sinds 10 oktober terecht voor lunch, borrel en diner.
Als we op 11 oktober binnenlopen in de enorme ruimte – net een loods – zien we aardig wat mensen bieren onder metershoge plafonds. Met een beetje moeite kan ik door een van de vele ramen de Sloterplas zien. Het plafond is bezaaid met Kesbeke-lampen, van die lege augurkpotten met gloeilampen erin. Overal hangen richtingaanwijzers: naar de Sloterplas (lees: de wc’s), naar het strand.
Oh là là, stel je eens voor hoe het hier ’s zomers zal zijn: beetje zwemmen, beetje bakken, beetje bestellen. En dat alles gewoon in onze stad. Vandaag is het koud, nat en stormachtig, maar daar merk je binnen niets van. Mijn tafelgenoot vindt het zelfs ‘extreem behaaglijk’. “Hoe kan dat? Ik zie geen verwarmingsbuizen.”
Terwijl hij zich blijft verbazen, stort ik me op de kaart vol producten die je weinig in Nederlandse restaurants ziet: varkensschenkel, duif, cavolo nero (Italiaanse boerenkool). Voor 10 euro kurkgeld kun je je meegebrachte wijn laten inschenken. Kinderen kunnen aan de ranja met een rietje – lief! Voor bij de borrel zijn er garnalenkroketten van Holtkamp, maar ook sardientjes uit blik en ganzenworst met Waddenmosterd.
Wij bestellen Zeeuwse oesters: vlezige ‘gasten’ die er soepel ingaan. Genot ten top. Ook op tafel: een beef burger van 180 gram (9,50 euro) waarin je wilt blijven happen, giganten van frieten, gegrilde seizoensgroenten met de juiste bite en een stevige Bretonse vissoep met de prettig intense smaak van pure vis.
De chef-kok, die voorheen bij restaurant Moes in het centrum werkte, gaat duidelijk voor kwaliteit en koopt bij voorkeur bij kleine lokale leveranciers. Dat hij ook bedreven is in het maken van desserts, bewijst hij met zijn versie van de baba au rhum, een in rum gedrenkt Frans cakeje. Zijn baba is een ‘sponsje’ met ragfijne ‘poriën’ (6,50 euro). Bijt je erin, dan sijpelt er warme jenever in je mond. In combinatie met de lichtzure bosbessensaus en de satijnzachte room op de cake, ontstaat er een soort cocktail die uitnodigt tot ‘honds’ gedrag. Mijn god, wat heb ik zin om mijn bord schoon te likken.
http://www.hotelbuiten.nl