De lunchroom is booming in Amsterdam-West. In vijf jaar is het aantal zaken maar liefst verdubbeld. Over de gehele linie kwamen er 15 procent nieuwe zaken bij. En daarmee zijn de verhipsterde ‘oude’ café’s nog niet eens meegeteld.
Niemand kijkt er meer van op als achter de dichtgeplakte ramen van een voormalig bruin café of shoarmazaak hard geklust wordt aan een hip café of restaurant of gezellige lunchroom. En eenmaal open, zit zo’n nieuw tentje ook meteen vol.
Dat horeca booming is in West blijkt uit de cijfers van Locatus, een bureau dat branchecijfers bijhoudt over het winkellandschap. Het aantal zaken steeg de afgelopen vijf jaar met maar liefst vijftien procent. De grootste toename was het afgelopen jaar, toen steeg het aantal restaurants en café’s van 637 naar 673.
Nog veel groter is de groei onder de lunchrooms. Daarvan is het aantal de afgelopen vijf jaar meer dan verdubbeld. Het aantal zaken ging van 2010 tot en met 2014 van 23 naar 52.
Jonge professional
Maar hoe komt dat toch? Volgens Mark Roos van Duijn Horecamakelaars is de groei een trend voor heel Amsterdam binnen de Ring. Dat de groei met name in West zit, komt volgens de makelaar onder andere door de verandering van demografie in deze wijken. “Hier is het nog redelijk betaalbaar wonen en daarom strijken er de jonge professionals van 25 tot 35 jaar neer die graag uitgaan.”
Niet alleen groeit het aantal zaken, ook eigenaren van ‘oude’ bruine café’s bieden hun zaak te koop aan via de makelaar. Een voorbeeld is Jan Meulstee aan het Mercatorplein, dat binnenkort een hippe burgerbar wordt. Ook Café de Krommerdt aan de Admiraal de Ruijterweg staat te koop. Roos verwacht dat deze zaak na verkoop vast ook een facelift gaat krijgen.
Sprinkhanen
Frank Lindner, trendwatcher bij de uitgeverij Shoot my Food ziet de trend ook. In februari komt daar een Amsterdam-special uit. Lindner denkt wel dat ondernemers het risico lopen dat een concept niet heel lang meegaat. “Je ziet vaak dat een zaak heel even populair is, maar dat het na drie maanden tot een jaar weer afgelopen is.” Hij denkt dat het komt doordat het Amsterdamse publiek snel uitgekeken raakt op een concept en dan weer verder gaat naar de volgende hotspot. “Ze vreten zo’n plek helemaal kaal, als een zwerm sprinkhanen. In andere steden gaat dat veel minder snel.”
Een oplossing hiervoor volgens Lindner is dat ondernemers zich meer richten op de buurt en niet per se op dat heel hippe publiek. “Wanneer je als horeca-ondernemer langer mee wil, dan moet je erop letten dat de kasstroom geleidelijk gaat. Dan heb je meer aan publiek dat wat vaker komt dan aan de incidentele hipster.”
