Als jongerenwerker in De Baarsjes begeeft Erol Esen (41) zich beroepsmatig in een wereld die hij heel goed kent: hij groeide zelf op in de buurt en hing wel op straathoeken. Inmiddels woont Erol in Slotermeer, maar nog steeds is hij zeven dagen per week in De Baarsjes te vinden. Nieuwe aflevering van de serie Mijn West.
Ontspannen bij The Mall
“Als de jongeren uit school komen, komen ze bij The Mall in de Van Speijkstraat chillen, PlayStation spelen, tafelvoetballen, poolen, of gaan ze in gesprek met elkaar. De laatste tijd zijn ze gek op bingo! Veel jongeren hebben problemen met overgewicht –ze zijn daar onzeker van– en dus organiseren we dan een themamiddag over dat onderwerp, zoals bij andere belangrijke dingen die spelen, persoonlijk en maatschappelijk. Om de jongeren te belonen voor hun aanwezigheid én goede gedrag ondernemen we eens in de zoveel tijd een uitje, waarbij de organisatie voor rekening van de jongeren zelf is.”
Jeugdherinnering
“We hingen vroeger wel op straathoeken. Maar niemand had last van ons, we waren meer met elkaar bezig. Later heb ik foute keuzes gemaakt: ik ging met een groep jongeren om, en kwam in situaties terecht waarbij ik dacht: ‘hoe heeft het zo ver kunnen komen?’ Ik heb grof geld gezien op jonge leeftijd, maar gelukkig was het een korte ‘carrière’. Op mijn 20ste wist ik dat het niet was wat ik wilde.”
Ouders
“Ik ben geboren in de John Franklinstraat. Later verhuisden we naar de Van Speijkstraat, waar mijn ouders nog wonen. Als ik er op straat loop, kom ik elke dertig seconden iemand tegen die ik ken. In het weekend ben ik bij mijn ouders om voor hen te zorgen. Toen ik uit ging botsten we, inmiddels snap ik waarom zij zich zorgen maakten. De band met mijn ouders is beter geworden nu ikzelf en mijn ouders ouder en relaxter zijn.”
Bruggen bouwen
“Sinds 2018 zit ik in het bestuur van de Westermoskee. Daar ben ik vaak met jongeren in contact, die ik vervolgens bij The Mall kan betrekken. Deze jongeren wil ik de andere kant van de maatschappij laten zien. Met Nederlandse kinderen is er weinig contact, het ‘wij-zij’-verhaal hoor ik vaak. Dus ik dacht: misschien kan ik hierin een brug vormen. Een brug tussen straatcultuur en burgercultuur, maar ook tussen culturen en etniciteiten onderling.”
Religie
“Religie heeft me veel rust gegeven. Elke dag dat je opstaat moet je waarderen, de band met mijn ouders is hechter geworden, ik probeer meer voor andere mensen te betekenen. Ik heb geleerd om te gaan met trauma’s die ik in mijn leven heb meegemaakt. Ik ben een beter mens geworden, vooral naar mezelf toe. Religie heeft me geleerd om van mezelf te houden. Zonder dat, kun je niet van andere mensen houden.”
Romantisch uit eten
“Mijn verloofde is van Marokkaanse komaf, ikzelf ben Turks. Het zijn twee rijke culturen bij elkaar. We gaan graag uit eten, we hebben een favoriet Marokkaans restaurant: Biladi in de Borgerstraat. Daar bestel ik een schotel van verschillende soorten vis, of harira soep. Ons favoriete Turkse restaurant is Konak op de Burgemeester de Vlugtlaan, en Ufuk op de Jan Evertsenstraat heeft ook goed eten.”