Rood afzetlint, cameraploegen, fotografen. Politiemensen en een groot zwart scherm om de forensische onderzoekers hun werk goed te laten doen. Dezelfde plek, dezelfde sfeer als in 2010 toen Fred Hund in zijn zaak in de Jan Evertsenstraat werd neergeschoten en overleed.
“Is er iemand dood?”, vroeg ik aan de dienstdoende Telegraafverslaggeefster. Gelukkig is er niemand dood gegaan of gewond geraakt.
Er is ook nog een held in het verhaal. Jan, de buurman van de beddenwinkel, die buiten op de stoep in het zonnetje zat, opsprong en die gasten niet zachtzinnig te verstaan gaf te vertrekken. “Hij riep achteruit, achteruit, en toen schoot hij op me”, vertelde hij aan AT5. Jan pakte een stoel en gooide die naar de overvallers, waarna ze vertrokken op hun scooter. Met getrokken pistool.
Je vraagt je af: waar halen die gasten het gore lef vandaan, op klaarlichte dag? Was het frustratie vanwege de mislukte overval op de Primera aan de Bos en Lommerweg? Of waren het andere gastjes, zonder scrupules en met frustraties in het algemeen.
En de buurt? Die kan wel wat hebben. Een uur na de overval zat het terras van Radijs alweer vol, en stonden buurtbewoners in de rij bij de tegenovergelegen Albert Heijn voor de zaterdagboodschappen. Het op zondag geplande Jazzfestival van Geef om de Jan Eef ging gewoon door.
Er hangen nu een pen en kaartjes bij Juwelierszaak Jan Eef. Daar kun je de eigenaren een hart onder de riem steken. En er staan gelukkig geen bloemen. De rolluiken zijn dicht. Maar hopelijk vatten de eigenaren de moed op om hun zaak snel weer te openen.
Martine de Vente