De wonderschone Vespucci

Vespuccistraat
Hoogstins2024

Mijn zus staat stil, zomaar, middenin de Vespuccistraat. ‘Wat een bijzondere bladeren hebben die bomen’, zegt ze. ‘Net eendenpoten.’ Ze haalt haar camera tevoorschijn. Tuurt door de lens omhoog langs de stam. ‘En die vorm, zie je dat? Deze is hoog en smal, daar staat er eentje die meer in de breedte vertakt is.’ Ze zet koers richting overkant, kijkt en keurt, en legt vast wat ze registreert: het vreemde nervenpatroon in het blad, de strakke takken in een schaars stukje hardblauwe lucht, het frisse groen tegen de achtergrond van de rode bakstenen.

Het is zaterdagmiddag en we zijn aan de wandel in West. Zoals altijd neem ik deze straat in de route op, in de jaren twintig aangelegd als oprijlaan naar het Erasmuspark. Met die voortuintjes, bakstenen, huisnummers in originele Amsterdamse School-stijl en uiteraard de Ginkgo-bomen; ik vind ‘m wonderschoon, van toeristische allure. Elke buitenlandse vriend sleep ik ermee naartoe. Zo iemand knikt dan beleefd en vraagt wanneer we nou naar De Dam gaan.

En nu is daar opeens de zus die al honderden malen bij mij is geweest, die het óók ziet. Helemaal uit zichzelf. Yes! Wie over de Ginkgo’s begint, drukt bij mij op een knopje. ‘Een Japanse notenboom. Zijn fossielen van gevonden van 150 miljoen jaar oud. Dit soort bomen hebben de atoombommen op Hiroshima overleefd. Je hebt ze in mannetjes en vrouwtjes. Die breed vertakte is een vrouwtje maar die planten ze meestal niet als sierboom omdat de zaden zo stinken.’ Ik ratel er vrolijk op los. Of zus luistert, is onduidelijk. Zij dwaalt van stam naar stam, kijkt en klikt.

Thuis google ik de Ginkgoboom en vind nog veel meer wetenswaardigs. Op Chinese bruiloften eten ze de zaden, traditie sinds de elfde eeuw. De bladeren staan sinds mensenheugenis afgebeeld op aardewerk, schilderijen en andere kunstuitingen in Azië. Er zijn Sumoworstelaars met een Ginkgokapsel, ook nu nog. Ik roep het allemaal hardop en word met elk feit nog doller op ‘onze’ Ginkgostraat. ‘Jij altijd met je verhalen’, grinnikt zus. Ze swipet langs haar foto’s. ‘Weet je, ik heb hier niet eens een Instagramfilter voor nodig.’

Voor wie kan kijken, is West een schatkamer.